***DISCLAIMER: deze toelichtingen op de hoofdstukken van Buat bevatten spoilers.***
Portret van Jacob de Witt, door Jan de Baen (Dordrechts Museum)
In dit korte hoofdstuk volgen we Cornelis de Witt die met zijn neef Vivien praat over de beslommeringen en daarna zijn vader Jacob in zijn mantel helpt om een eindje met hem op te lopen bij zijn dagelijkse wandeling. De informatie over de actuele oorlogszaken én het stormachtige weer heb ik gehaald uit de correspondentie van Johan de Witt. De stichtelijke gedichten van vader Jacob komen uit zijn bundel ‘Eenvoudige uytdrucksels van Godt-vruchtige gedachten (1674),’ een boekje vol religieuze poëzie, dat feitelijk niet veel om het lijf had. Het staat op Google Books.[1]
De gebedekens in het laatste deel zijn voor een huidige lezer nog prima te bevatten, maar het is niet verwonderlijk dat Jacob de Witt nooit veel roem als dichter heeft verworven, wanneer je er vijf hebt gelezen, begrijp je het wel. Niettemin: mocht iemand nog een exemplaar in zijn bezit hebben, ik wil het graag van je kopen. Het feit dat Jacob steun moet hebben gehad aan deze gedachten na de dood van zijn beide zoons geven de distichons een andere lading.
Jean-Marc van Tol,
15-05-2024
Ga naar > hoofdstuk 25
[1] https://www.google.nl/books/edition/Eenvoudige_uytdrucksels_van_godt_vruchti/S6DNZ735_2cC?hl=nl&gbpv=1&dq=Jacob+de+WItt+gedichten&printsec=frontcover