***DISCLAIMER: deze toelichtingen op de hoofdstukken van Buat bevatten spoilers.***
In hoofdstuk 15 vertelt Buat over de sombere stemming in Den Haag na de dood van prins Willem II (1650). Er was in de (huidige) Ridderzaal een Grote Vergadering belegd waar men negen maanden sprak over de herinrichting van het land. Uitkomst was dat de rol van de Oranjes, en daarmee die van mensen die van hen afhankelijk waren, was uitgespeeld.
De Grote Vergadering (1651)
Tegen die achtergrond werd er een schetsorde opgericht die de stemming in het Oranjekamp moest verbeteren: L'Ordre de l'Union de la Joye (De Orde van de Vereniging van de Vrolijkheid). De oprichtsters waren twee zusjes uit de hoogste adellijke kringen: Amalia (Amélie) Margaretha van Brederode en Anna Trajectina (Treesje) van Brederode. Ze benoemden zichzelf tot Grand Maîtresse en Coadjutrice.
De zusjes Brederode
In het boek Buat maak ik Buat ook een ‘chevalier’ van de Orde. Of Buat werkelijk lid is geweest is niet bekend. Er zijn namen overgeleverd, zelfs het diploma van graaf Willem Frederik van Nassau-Dietz en die van Johan de Witt, maar nergens vind je Buat. Als hij al ooit lid was geweest, dan was hij niet het meest prominente lid. Maar als oude vriend van prins Willem II en ritmeester die begaan was met het lot van het jonge prinsje Willem III, zou het heel goed mogelijk kunnen zijn dat hij was toegetreden. Voor mij als schrijver was het voor de handliggend om hem lid te maken, zodat ik de Orde kon beschrijven en ook de eerste ontmoeting van Buat met Johan de Witt. Het gesprek aan tafel is uiteraard door mij verzonnen.
De eerste die de Orde signaleerde was C.A. van Sypesteyn in Vaderlandse Letteroefeningen (1869).[1] Over de orde is het uitgebreidst geschreven door Ineke Huysman (2007). Heel veel geestige details die uit haar onderzoek heb ik helaas niet op kunnen nemen. Lees daarom haar bijdrage als u meer wil weten over de Orde.[2] U kunt ook dit artikel lezen op Historiek.[3]
Dat de Orde werd opgericht om de kloof tussen de Oranjes en de Regenten te verkleinen is mijn eigen idee. Ik acht het aannemelijk dat de zusjes Brederode op deze manier iets wilden bijdragen aan de omstandigheden van hun kleine neefje, prins Willem Hendrik, de latere prins Willem III. Maar of dat werkelijk zo was, weet ik niet.
Jean-Marc van Tol,
21-03-2024
Ga naar > hoofdstuk 16
[1] https://www.dbnl.org/tekst/_vad003186901_01/_vad003186901_01_0048.php
[2] https://resources.huygens.knaw.nl/Onderzoek/tijding/bijdragen/BSmit_Huysman/huysman1.pdf
[3] https://historiek.net/johan-de-witt-was-ridder-in-de-orde-van-de-vrolijkheid/68350/